Spreektoets
Je hebt een T-shirt gekocht voor je jarige broer, maar hij vindt het niet mooi. Je gaat terug naar de winkel en wil je geld terug, maar je bent het bonnetje kwijt. Wat zeg je?
Je hebt een T-shirt gekocht voor je jarige broer, maar hij vindt het niet mooi. Je gaat terug naar de winkel en wil je geld terug, maar je bent het bonnetje kwijt. Wat zeg je?