Zin maken: warenDoor Rob / 30/01/2025 Gisteren: maak een zin met ‘zijn’ in de onvoltooid verleden tijd (ovt). Voorbeeld: wij – thuis => Wij waren thuis. Denk aan hoofdletters en interpunctie. Naam Klas 1. ik – blij 2. zij – verkoopster 3. zij – leerlingen 4. Ivan – een slimmerik 5. de honden – in de tuin 6. het eten – lekker 7. de ballen – hier 8. u – een dief 9. jullie – aardig 10. Mira – mooi 11. Jan en Anna – buiten 12. Fred – in Gennep 13. de kat – ziek 14. de honden – gezond 15. onze auto – nieuw Time's up